Woensdag 12 juni 2019 - Stubbekøbing -> (per veerpont naar) het eilandje Bogø -> (via een dam naar het eiland) Møn -> Hårbølle Havn -> Store Damme (supermarkt!) -> Liseby -> Bissinge -> Svensmarke -> Tåstrup -> Busemarke -> Møns Klint -> Borre; 58 km/398 km totaal; 17 gr, stormachtige wind uit NO, windkracht 6; laatste uur opkomende mist; hut op camping Møns Klint bij Borre.
Vannacht heeft het gespookt. Mijn kleine trekkershut op de camping van Stubbekøbing kraakte onder het geweld van het heftige onweer dat opkwam en weer wegdreef op het tij. De blaadjes van de grote beuk naast 't huisje ritselden van de vele regen.
Om 9 u vanochtend stonden we met drie fietsers bij de pont naar Bogø. Behalve ons waren er geen andere passagiers op de antieke, houten veerpont. Hans en Gea ontmoette ik op de camping, zij rijden dezelfde route als ik. Vandaag hebben we deels samen opgereden.
Het doel en beoogd hoogtepunt van deze dag, zo niet van de hele reis, is Møns Klint. Dit is een wereldberoemde krijtrotsformatie aan de oostkust van het eiland. Tussen ons en de kliffen liggen slechts 52 km. Makkie toch?
Nee dus. Om te beginnen is er maar op één plek op dit deel van het eiland een winkeltje, dus moet er eerst een stukje omgereden worden om de DagliBrugsen in Store Damme met een bezoek te vereren.
Ondertussen was er een soort noordoostenstorm opgestoken van windkracht 6 met uitschieters naar boven. Ik zou dit niet geweten hebben, maar een paar zeilers vertelden het ons. Zij durfden niet uitvaren vanwege de wind.
De windrichting betekende dat we het grootste deel tegen de wind in moesten. Møn wordt heuvelachtiger naarmate je meer naar het oosten fietst. Een ideale combi maar niet heus.
Het was een loodzware dag. Het waaide zó hard dat ik soms moeite had om op de fiets te blijven. En omdat het deze dag steeds op en neer ging, kostte dat ook extra energie.
Bij een pauze met uitzicht op het fjord Stege Nor vloog langzaam en majestueus een rode wouw over. Bij een beetje vogelaar slaat het hart dan wel drie keer over. Verder heb ik ook nog twee torenvalkjes en een ree gespot.
Tegen vieren waren we in de buurt van Møns Klint. De laatste kilometers ging de route bergop via een onverharde en kapotgeregende weg. Tegelijkertijd dreef een mistbank binnen vanuit zee die alle bomen uit het bos iets spookachtigs gaf met hun bizarre vormen en druipende kruinen. Ik huiverde van de kou.
Eindelijk... de parking bij het weggetje naar de kliffen. Hans en Gea stonden al te praten met een jong stel dat er zojuist vandaan kwam. 'Spaar je de moeite, de kliffen zijn totaal in de mist gehuld. Er is niks te zien.' Toen anderen dit bevestigden, was de keuze makkelijk: wegwezen.
Zo ging het langverwachte hoogtepunt van deze tocht letterlijk in mist op. Karaktervormend, dat alleszins, maar wel heel erg jammer.
Omdat ik nog wat foto's nam, fietste ik daarna alleen naar beneden. De fietsroute volgt daar een mountainbikeparcours met hellingen van wel15%. Bizar en gevaarlijk voor een gewone toerfietser. Toen ik na een poosje in het snel donker wordende bos bij een vijfsprong kwam zonder bordjes, ben ik teruggegaan naar de weg waar inmiddels alle auto's licht op hadden.
Twee kilometer verder lag de camping waar Hans en Gea ondertussen een hut hadden gehuurd. Er was voldoende plek dus ik was voor vannacht ook onderdak. De mevrouw bij de receptie waarschuwde dat er storm aankwam: 'Goed dat jullie binnen zijn, het gaat spoken!'
Niet lang daarna, aan het begin van de avond, gaf de nachtegaal een aarzelend begin van een concert. Hij moest zich al snel gewonnen geven: de eerste donderklap klonk, inleiding voor alweer een krakend onweer. Het spookt hier!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten